En is industrie 4.0 een bedreiging voor de werkgelegenheid?
Door de uitvinding van de stoommachine, begin 18e eeuw, konden we voor het eerst krachten uitoefenen en grote aantallen producten maken die wij met menskracht of paardenkracht niet konden realiseren. Dit was Industrie 1.0.
Industrie 2.0
De tweede industriële revolutie, eind 19e eeuw, ontstond door ontdekkingen in de natuurkunde en de chemie, door de introductie van elektromotoren en mechanische productiemachines, en door systemen voor massaproductie zoals in de automobielindustrie. Dat was Industrie 2.0.
Industrie 3.0
Door elektronica, programmable logic controllers (PLC) en andere automatisering kon de snelheid en de productiviteit van de industrie in de tweede helft van de 20e eeuw enorm worden verhoogd. Dat was Industrie 3.0.
De vierde industriële revolutie
Intussen zijn we aangeland in de vierde industriële revolutie, Industrie 4.0. Deze kenmerkt zich door invoering van volledig computergestuurde productiesystemen, robots, automatische transportsystemen (automated guided vehicles, AGV), 3D printing, et cetera. Deze revolutie zal het mogelijk maken om de productiviteit nog verder te verhogen, en tegelijkertijd meer en betere maatwerkproducten te leveren.
Allemaal mooi en wel, zult u zeggen, maar gaat al die automatisering niet ten koste van de werkgelegenheid? Ja en nee. Het World Economic Forum van Davos, Zwitserland, dat jaarlijks grote bijeenkomsten van topleiders organiseert, heeft uitgerekend dat 75 miljoen mensen – verspreid over de hele wereld – hun baan zullen verliezen. Maar er zullen ook 133 miljoen banen bijkomen! En dit is dubbele winst. Er komen niet alleen méér banen, die nieuwe banen zullen ook interessanter zijn. Veel geestdodend en saai werk zal worden vervangen door hoogwaardige arbeid.
Industrie 4.0 is een grote prikkel voor de ontwikkeling van nieuwe technologie. Vroeger hadden we een oorlog nodig om de technologie een boost te geven. Nu stimuleert ons verlangen om beter sneller en efficiënter te produceren ons om nieuwe technieken te omarmen en uit te proberen. Door de pc en snelle chips, maar vooral door de nieuwe manieren waarop jonge mensen met deze technieken in contact komen – al via games en natuurlijk door scholing – ontstaat een nieuwe groep engineers die de vooruitstrevende nieuwe productiesystemen gestalte kunnen geven.
Dankzij die nieuwe systemen zal Industrie 4.0 goed zijn voor het behoud van industriële productie in rijke landen. Het opent de mogelijkheid om kleine gespecialiseerde fabrieken te bouwen met weinig menskracht en dus relatief lage loonkosten. Zo zullen wij veel beter met lagelonenlanden kunnen concurreren en zelfs industrie die daarheen verhuisd is, weer terug kunnen halen.
Het basisinkomen bereikbaar
Door Industrie 4.0 zal onze algehele welvaart stijgen. Producten zullen goedkoper worden, waardoor meer mensen van de verworvenheden van de welvaart kunnen genieten. Het Bruto Nationaal Product (BNP) van veel landen – en zeker ook van Nederland – zal toenemen. Zo zal voor ons de mogelijkheid ontstaan om het lang gekoesterde ideaal van het basisinkomen te verwerkelijken. Dat leek onbereikbaar maar komt nu toch dichterbij. Het BNP van Nederland is 700 miljard. Daarvan geven wij 80 miljard uit aan AOW, Ziektewet, Studiebeurs en sociale ondersteuning. Als wij iedereen boven de 18 jaar een uitkering geven van 1.000,- per maand, dan kost ons dat 100 miljard extra. Dat is niet niks maar we zullen dat geld kunnen vinden in de toenemende productiviteit van Industrie 4.0. Dankzij zo’n basisinkomen hoeven ook mensen die minder goed kunnen meekomen met alle vernieuwing, toch niet te vrezen voor armoede.
Industrie 4.0 is een enorme maar vooral ook een inspirerende uitdaging. Het is zeker dat deze trend niet te stoppen is, dus we kunnen er maar beter met volle kracht aan meewerken, zodat we van onze hoge welvaart ook in de toekomst kunnen blijven genieten.
Meer weten over industrie 4.0 ?
Het nieuwste boek van Steven Blom ‘Monozukuri en de vierde industriële revolutie‘ is te koop via onze shop.