TPM-tempel, pilaar 2

Autonoom onderhoud

Bij het toepassen van autonoom onderhoud, krijgen productiemedewerkers het gevoel dat de machines waarmee ze werken echt van henzelf zijn. Door dit eigenaarschap te koppelen aan het verhogen van hun (technische) kennis en vaardigheden, gaan ze hun eigen installaties beheren. Ze accepteren geen verliezen meer en die zullen daarom ook niet meer optreden.

Implementatie

De implementatie van autonoom onderhoud vraagt om een systematische aanpak. We starten met een pilot installatie, waarmee we het programma in fases doorlopen. De pilot heeft tot doel de methode te leren kennen en de organisatie in te richten op de veranderende situatie. De pilot moet altijd een stap vooruit lopen op de overige installaties. De volledige implementatie van autonoom onderhoud duurt drie tot vijf jaar en verloopt in zeven stappen.

De resultaten

De resultaten zijn afhankelijk van de mate waarin u de structuur volgt, zorgt voor de juiste randvoorwaarden en van de kwaliteit van de (externe) ondersteuning die u erbij krijgt.

De invoering van autonoom onderhoud leidt tot:

  • Productiemedewerkers als machine-expert.
  • Eigenaarschap op basis van kennis en vaardigheden.
  • Hogere betrouwbare output.
  • Hogere arbeidsmotivatie en -tevredenheid.

Blom Consultancy kan helpen in dit traject met:

  • Training, begeleiding en coaching van:
    –   De productiemedewerkers bij de implementatie.
    –   De technische dienst in haar ondersteunende rol.
    –   Het management in haar ondersteunende rol.
  • Ondersteuning bij de (interne) communicatie tijdens de implementatie.

Meer informatie:
T. +31 (0)492 – 474 149    •    M. +31 (0)6 – 5316 4940    •    info@blomconsultancy.nl

De 7 stappen van autonoom onderhoud

Om autonoom onderhoud in te voeren, dienen de onderstaande zeven stappen doorlopen te worden. Ook hier geldt dat een gedegen voorbereiding van groot belang is. Een goede samenstelling van het autonoom onderhoudsteam (productie, TD, leidinggevende en andere belanghebbenden) en de ondersteuning van, en het geven van de juiste randvoorwaarden door het management dragen bij aan het succes van de implementatie van autonoom onderhoud.

Implementatie van autonoom onderhoud verloopt via de volgende zeven stappen:

  1.  Initiële schoonmaak.
  2.  Maatregelen nemen tegen bronnen van vervuiling en moeilijk bereikbare plaatsen bereikbaar maken.
  3.  Maken van standaarden voor Autonoom Onderhoud.
  4.  Verbeteren van algehele inspectie.
  5.  Autonome inspectie.
  6.  Standaardiseren en visualisatie.
  7.  Autonoom management.

1.  Initiële schoonmaak

In de eerste stap ligt de nadruk op het stoppen van geforceerde slijtage van onderdelen. Door het schoonmaken van de complete machine komen de gebreken naar voren. Deze gebreken (ook wel taggen genoemd) dienen in stap 1 te worden opgelost. Het voornaamste doel in deze stap is dat men leert dat ‘schoonmaken is inspecteren’. Andere doelen zijn teambuilding en samenwerken van productie, TD, leidinggevende en andere betrokkenen. Zo worden eventuele ‘muren’ verlaagd cq. afgebroken. Door het oplossen van de gebreken heeft men weer een schone en herstelde beginsituatie. Het naleven van een schoonmaakvoorstel, opgesteld tijdens de initiële schoonmaak, en het houden van een audit maken stap 1 compleet.

2.  Maatregelen nemen tegen bronnen van vervuiling, en moeilijk bereikbare plaatsen bereikbaar maken

Met de ervaring uit stap 1 dienen er activiteiten ontwikkeld te worden om de bronnen van vervuilling te elimineren. Lukt dit uiteindelijk niet geheel dan is inperken van de vervuiling (bijvoorbeeld een opvangplaats, afscherming of afzuiding) een goede oplossing. Tevens dienen moeilijk bereikbare plaatsen beter bereikbaar gemaakt te worden om zo het schoonmaken te vereenvoudigen. Het doorzichtig maken van machineframes (door bijvoorbeeld beschermkappen van lexaan te maken) kan helpen om eventuele afwijkingen sneller te herkennen en actie te ondernemen. Het voornaamste doel is het omzetten van het schoonmaakvoorstel van stap 1 naar een schoonmaakstandaard. Uiteraard is de benodigde tijd voor het schoonmaken drastisch verminderd ten opzichte van stap 1, want een machine schoonmaken blijft ‘verlies’. Het naleven van deze schoonmaakstandaard en opnieuw het houden van een audit rond stap 2 af.

3.  Maken van standaarden voor autonoom onderhoud

Het niveau van de installatie behaald in stap 2, zorgt ervoor dat de machinebetrouwbaarheid en onderhoudsconditie verbeterd zijn. Het verder ontwikkelen en ‘wegleren’ van een smeerstandaard en inspectiestandaard door de onderhoudsdienst aan operators zal ervoor zorgen dat het eigenaarschap van de laatst genoemden toeneemt. Het naleven van de zogenaamde SSI-lijsten (Schoonmaak, Smeer, Inspectie) zorgt voor een installatie die in een optimale conditie is gebracht en daardoor een betrouwbare output levert. Afwijkingen geconstateerd tijdens het uitvoeren van de SSI-lijst zijn input voor verdere verbeteringen aan de installatie of zelfs de organisatie. Het reduceren en/of aanpassen van tijd, frequentie, aantal en methode van de SSI-lijst blijft opnieuw een aandachtspunt tijdens deze stap. Ook hier maakt het houden van een audit deel uit van de stap.

4.  Verbeteren van algehele inspectie

In deze stap ligt de nadruk op het verder ontwikkelen van operatorvaardigheden om inspecties beter te kunnen begrijpen en uit te voeren. Uitvoerige inspecties zijn het middel bij uitstek om potentiële probleempunten vroegtijdig te onderkennen. Zo kunnen tijdig adequate maatregelen genomen worden. Training van de productiemedewerkers is noodzakelijk, omdat ze zo oog krijgen voor symptomen van slijtage en leren hoe zij hiermee moeten omgaan. Het ontwikkelen van deze vaardigheden is opgedeeld in: veilig stellen machines, bouten en moeren, pneumatiek/hydrauliek, aandrijvingen, elektriciteit en voedselveiligheid. Opnieuw maakt een audit onderdeel uit van deze stap.

5.  Autonome inspectie

In deze stap staat het verbeteren of herzien van de in stap 2 t/m 4 opgestelde standaarden centraal. De ervaringen in praktijk opgedaan door operators en TD geven namelijk aanleiding tot het efficiënter en effectiever maken van deze standaarden. Het aanpassen van de standaarden gebeurt vanuit de volgende gezichtspunten:

  1. Verliesanalyse.
  2. Inspectie efficiëncy.
  3. Inspectie werkbelasting.

Opnieuw maakt een audit onderdeel uit van deze stap.

De voorgaande stappen zorgen voor een betere kwaliteit van de gedane werkzaamheden. Stappen 6 en 7 richtien zich met name op de menselijke activiteiten. Het creëren van een proces dat ‘mensvriendelijk’ is maken het autonoom managen compleet. Het eigenaarschap wordt volledig gemaakt.

6.  Standaardiseren en visualisatie

Tot nu toe hebben de autonoom onderhoud activiteiten zich geconcentreerd op het verbeteren van de machineconditie. Het visualiseren van procesinstellingen en machinestandaarden vereenvoudigen de onderhoudswerkzaamheden en maken de kans op fouten kleiner.

7.  Autonoom management

Het analyseren van onderhoudsdata en het verder verbeteren van de preventieve onderhoudstaken zorgen voor een nog betrouwbaardere machine. Bovendien zal de benodigde onderhoudsinspanning afnemen.

Open of in company
TPM training?

Lees meer

TPM TEMPEL


1. Gericht verbeteren >


2. Autonoom onderhoud >


3. Gepland onderhoud >


4. Opleiding en training >


5. Early management >


6. Kwaliteitsmanagement >


7. VGWM >


8. TPM op kantoor >